Werknemer weigert mondkapje te dragen, rechter beslist dan ook geen salaris
In een kort geding aangespannen door de werknemer van een banketbakkerij in Bilthoven is voor de man niet goed afgelopen. De rechter was het namelijk eens met de werkgever dat de man verplicht op zijn werk een mondkapje moet dragen. De werknemer weigerde deze te dragen waarna de werkgever de loonbetaling opschortte. De rechter was het eens met de werkgever maar de werknemer moet wel een voorschot krijgen op jarenlang te weinig betaald salaris. De werkgever bleek de Cao niet te hebben nageleefd.
De man werkt al sinds 2014 voor de banketbakkerij en deed daar vooral de bezorging van goederen en het ophalen van spullen bij leveranciers, tot hij op 13 oktober 2020 kreeg te horen dat ook hij, net zoals alle andere werknemers, een mondkapje moest gaan dragen. De werknemer weigerde waarna hem de toegang tot het bedrijf werd ontzegd.
De man nam hierop een advocaat in armen en spande een kort geding om zijn gelijk te krijgen. De man noemt het dragen van een mondkapje een te grote last tijdens zijn werk en daarom zijn werk niet goed kan doen. Ook is het dragen van een mondkapje volgens de man niet nodig omdat hij toch al genoeg afstand tot zijn collega’s hield. Ook betwiste de man de werking van een mondkapje. De advocaat van de werkgever beriep zich op het instructierecht waarin staat dat iedereen zich moet houden aan de voorschriften opgesteld door de werkgever.
De rechter vond dat de man zich moet houden aan het mondkapjesplicht opgelegd door zijn werkgever omdat deze hier een bedrijfsbelang bij heeft. Bij ziekte van werknemers moet de werkgever het salaris doorbetalen en dus staat de werkgever in zijn volste recht om de werknemers te verplichten een mondkapje te dragen