20 maanden cel voor Utrechtse aanrander

UTRECHT – De 25-jarige Mohamed A. is door de Meervoudige Kamer van de Rechtbank in Utrecht veroordeeld tot een gevangenisstraf van 20 maanden met aftrek van de tijd die hij al in voorarrest heeft gezeten.

A. werd er van verdacht dat hij een vrouw onzedelijk heeft betast haar heeft mishandeld door haar in het gezicht te slaan. Ook nam hij de telefoon van het slachtoffer mee. Dit alles gebeurde op 12 maart 2017 rond 05:40 uur in Utrecht op de Breedstraat.

De officier van justitie achte alle feiten wettig en overtuigend te bewijzen en baseert zich daarbij op de zich in het dossier bevindende bewijsmiddelen. De officier van justitie heeft daarbij gewezen op de overeenkomsten tussen de verschillende aangiften wat betreft het signalement van verdachte, de wijze waarop de handelingen plaatsvonden en het korte tijdsbestek waarbinnen de handelingen hebben plaatsgevonden. Verder heeft zij verwezen naar de camerabeelden.

De raadsman van verdachte heeft integrale vrijspraak bepleit. De raadsman voert daartoe aan dat sprake is van het ontbreken van voldoende wettig bewijs, nu de verklaringen van aangeefsters onvoldoende worden ondersteund door ander bewijsmateriaal. Gelet op de ‘unus testis’-regel zou dan ook vrijspraak moeten volgen van verdachte. Evenmin kan volgens de raadsman gebruik worden gemaakt van schakelbewijs, aangezien daarvoor geldt dat sprake moet zijn van ten minste één zelfstandig gefundeerd en bewezen verklaard feit, hetgeen in het onderhavige geval niet kan, omdat bij geen van de feiten is voldaan aan het bewijsminimum.

Bovendien is voor het gebruik van schakelbewijs noodzakelijk dat sprake is van een ‘werkwijze die op essentiële punten overeenkomt’ hetgeen hier niet het geval is, aldus de raadsman. De raadsman heeft voorts aangevoerd dat er sprake is van contra-indicaties wat betreft de schuld van verdachte, omdat verschillende aangeefsters dezelfde tijdstippen noemen en verdachte niet op drie plaatsen tegelijk heeft kunnen zijn. Ten aanzien van 1 van de feiten heeft de raadsman nog aangevoerd dat hij niet aannemelijk acht dat verdachte heeft kunnen binnendringen gezien de kleding en de tassen van aangeefster. Ten aanzien van feit 5 heeft de raadsman gesteld dat aangeefster zelf dusdanig onder invloed van alcohol verkeerde dat niet kan worden uitgegaan van haar verklaring, dan wel dat geen sprake was van dwang, omdat zij zelf heeft verklaard dat zij verdachte makkelijk kon wegduwen.

Sprinten

Het slachtoffer verklaarde bij de politie dat: “Op 12 maart 2017 rond 05:15 uur liep ik naar huis. Ik zie ineens links over mijn schouder een man naast mij staan. Ik schrok. Hij stond echt direct naast mij. Ineens greep hij mij in mijn kruis. Best wel diep en met zijn volle hand. Ik schrok ontzettend. Ik schreeuwde. Hij greep mij daarna. Toen kregen we een worsteling. Hij deed het nog een keer. Ik viel toen in de bosjes. Toen kwam hij op mij af. Hij zag dat mijn telefoon uit mijn jas gevallen was. Hij greep naar mijn telefoon. Hij pakte hem. Ik bevatte dat de situatie gevaarlijk was en toen ben ik hard gaan sprinten, omdat hij op mij af kwam. Ik ben naar de Oudegracht richting de Bijenkorf gelopen. Binnen korte tijd was er een politieauto. We hebben op de telefoon van de politie ingelogd om mijn telefoon te tracken.

Erg geschrokken

Ik ben echt heel verdrietig en mij dood geschrokken. Ik had een feestje gehad op mijn studentenvereniging bij de Nobelstraat. Daar was ik rond 5 uur in de ochtend van 12 maart 2017. Ik fietste naar huis. Ik ben gaan lopen. Ik was goed aangeschoten. Ik weet dat ik mijn fiets vastzette aan de paal, toen draaide ik mij om en zag de jongen aan komen lopen. Ik herkende hem en dacht dit is niet goed ik moet zo snel mogelijk naar binnen. En toen ging het snel. Hij kwam mijn richting op en deed een arm om mijn middel en ging met zijn arm onder mijn rokje en met kracht ook door mijn panty. Ik dacht hij moet weg en duwde hem weg. Hij was kleiner dan 1.76 meter, tenger van postuur, donker haar. Ik had het gevoel dat het een buitenlandse man was. Ik had mijn fiets neergezet ter hoogte van de Hardebollenstraat. Ik had een dunne zwarte panty aan en een zwart wit kort rokje.

Ik voelde iets hards dat hij mijn bot had aangeraakt, dus net voor mijn vagina. Ik had ook echt het gevoel dat het daarna daar pijn deed. Hij was daar waar hij niet hoorde te komen. Boven mijn schaamlippen. Op mijn schaambot. Het is gebeurd op de Breedstraat te Utrecht.

De rechtbank vond de meeste feiten overduidelijk bewezen en veroordeelde A. tot 20 maanden cel met aftrek van voorarrest en ook moet A. € 1.520,-  schadevergoeding betalen waarbij de schadevergoedingsmaatregel zal gaan worden toegepast.

 

 

Loading